woensdag 24 maart 2021

Schrijfcoachtip Wanneer speelt je verhaal

Soms heb je gewoon een idee en ga je lekker aan de slag met het schrijven van je verhaal. Later bedenk je je wellicht dat bepaalde details niet kloppen in de tijd. Zo wilde je eerst een Ridderverhaal schrijven, maar ineens had een van je nobele heren een mobieltje in zijn handen… En dat klopt natuurlijk niet. Het is goed om te bedenken wanneer je verhaal zich afspeelt, want zo kun je het decor nog echter maken. En wellicht moet je daar een beetje research voor doen. Dan is er nog een stijlkeuze waar je rekening mee gaat houden tijdens het schrijven: de werkwoordstijd. (foto: Berry de Nijs/Writing Berries)

Verleden of tegenwoordige tijd

Laat ik beginnen met de keuze voor in welke tijd je schrijft. Weet je nog van vroeger: verleden tijd, voltooid verleden tijd, tegenwoordige tijd… De manier waarop je een tekst schrijft, zorgt ervoor dat je de lezer op een andere manier bij je verhaal betrekt. Dit zijn de werkwoordstijden. Even een opfrisser:
Onvoltooid tegenwoordige tijd geeft de tijd van nu aan. Het is nog aan de gang. Denk maar aan ‘hij woont’, ‘zij werkt’, ‘wij lopen’. De handeling is nog gaande en is daarom onvoltooid in het nu.
Onvoltooid verleden tijd geeft de tijd van vroeger aan, maar het kan iets zijn wat best nog aan de gang kan zijn in het nu. ‘Hij woonde’, ‘zij werkte’, ‘wij liepen’… Het is nog niet voorbij, misschien woonde hij ergens en woont hij er nu nog. Wie zal het zeggen?
Voltooid tegenwoordige tijd geeft de tijd van nu aan, maar het is wel al klaar. De persoon waar het overgaat is inmiddels is anders gaan doen: ‘Hij heeft gewoond in Leiden’ – maar nu woont hij in Amsterdam, ‘zij heeft gewerkt als kapster’ – maar nu werkt ze in de bouw, ‘wij hebben gelopen naar het dorp’ – en nu zitten we op een terras aan de koffie. Het eerste is gedaan, op naar de volgende actie.
Voltooid verleden tijd geeft een handeling in het verleden aan die is afgerond. Vaak wordt dit in een hoofd- en bijzin uitgelegd. ‘Hij woonde in Leiden, maar later was hij naar Amsterdam verhuisd’ bijvoorbeeld. Of ‘Zij werkte als kapster, maar werd omgeschoold tot stucadoor.’ En: ‘Wij zijn naar het dorp gelopen, waar we koffie hebben gedronken.’

Onvoltooid verleden tijd is boekentijd

De meest gebruikte tijdsvorm in boeken is de onvoltooid verleden tijd. Wij gebruiken deze tijd zelf heel vaak als we iemand iets vertellen over wat we hebben meegemaakt. Dit kan lang geleden zijn geweest, maar ook gisteren. De onvoltooid verleden tijd voelt tevens als een soort tegenwoordige tijd, dat komt door het onvoltooide karakter ervan. Je leest in het nu over iets wat is gebeurd, maar jij maakt het als lezer nu mee. Het geeft je als auteur de mogelijkheid om je lezer mee te nemen in het vertelde. Zelfs in science fiction verhalen wordt er veelvuldig gebruik gemaakt van de onvoltooid verleden tijd.
De onvoltooid tegenwoordige tijd wordt tevens geregeld toegepast. Persoonlijk vind ik het een lastigere manier om een verhaal in te vertellen. Uiteraard gebruik ik deze tijdsvorm wel; in de dialogen.
Het was een stralende dag! Samen met mijn zus liep ik naar het dorp. We genoten van de eerste zonnestralen van de lente.
‘Hey,’ zei Aurora ineens, ‘ik trakteer op een ijsje!’
Even later zaten we heerlijk te smikkelen van een softijsje.


TIP: probeer uit welke werkwoordstijd het beste past bij je verhaal en je eigen vertelstijl. Let wel dat je dit consequent door het hele verhaal vasthoudt.

Wanneer speelt je verhaal

Naast de tijdsvorm waarin je schrijft, is het belangrijk te weten in welke tijd je verhaal zich afspeelt. Middeleeuwen? Romeinse tijd? In het nu? Of een nabije toekomst? Veel verhalen spelen zich af in een recent verleden of in het nu. Je hoeft dan niet zoveel research te doen om het decor en de wereld waarin het verhaal zich afspeelt op te bouwen. Je kan namelijk putten uit wat je om je heen ziet.
Kies je echter voor een verhaal in het verleden, dan is het belangrijk om de details op orde te hebben. Wanneer de details kloppen, zoals de stof van kleding, vervoersmiddelen, eten en drinken, dan wordt de wereld echter en sleep je je lezer er gemakkelijk mee naar toe. Gelukkig zijn er genoeg boeken, films en foto’s van weleer te vinden om zo je tijdsbeeld in te kleuren.
Overigens gaat het doen van research ook op voor het schrijven van science fiction en het schetsen van de toekomst. Natuurlijk mag je je fantasie de vrije loop laten, maar je lezer (vaak een liefhebber van het genre) wil natuurlijk wel dat bepaalde dingen kloppen of binnen de wetenschap ergens een keer mogelijk zijn.

Lees ook:

Beschrijf de omgeving
Geuren & smaken beschrijven
Horen, zien & voelen

Helpende hand

Heb je hulp nodig bij het schrijven van je verhaal of zoek je een aanknopingspunt of invalshoek voor je research? Neem dan eens vrijblijvend contact op met mij. Als schrijfcoach help ik je graag verder. Stuur gewoon een mailtje naar berry.denijs@gmail.com of lees eerst meer over wat ik als schrijfcoach voor je kan betekenen: Schrijfcoach. Succes met schrijven! Volgende maand behandel ik de verschillende tijden waarin je kan schrijven, maar ook de tijd waarin je verhaal zich afspeelt!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Bedankt voor je reactie! Reacties worden altijd eerst beoordeeld voordat ze worden geplaatst. Het kan dus even duren voordat je je reactie hier terugziet. Omdat ik graag een persoonlijk antwoord geef worden anonieme berichten op artikelen niet geplaatst.