woensdag 24 februari 2021

Schrijfcoachtip Stijlkeuzes maken

Als je zin hebt om aan een verhaal te gaan schrijven, dan wil je natuurlijk gewoon beginnen met het schrijven van een scène of een spannend intro. De eerste tip luidt nog altijd: DOEN! Ga beginnen. Schrijf die hoofdstukken die je in je hoofd hebt en denk daarbij niet teveel na over allerlei stijlkeuzes, opbouw en dergelijke. Maar geef jezelf zo nu en dan wel de ruimte om stil te staan bij de stijlkeuzes die je zal (gaan) maken tijdens het vormen van je verhaal. Want er zijn zoveel dingetjes waar je bij het schrijven een keer aan zal moeten denken om er een mooi geheel van te maken. Vaak pas je verschillende stijlkeuzes intuïtief al toe tijdens het schrijven. Sommige kun je later nog toevoegen of aanpassen. Vandaag kijken we naar taalgebruik, perspectief, wie je verteller is, wie je doelgroep is en binnen welk genre je verhaal valt. (foto: Berry de Nijs/Writing Berries)

Doelgroep

Eén van de vragen die mij vaak werd gesteld tijdens schrijfworkshops is: ‘Voor WIE schrijf je eigenlijk?’ Ik had daar niet altijd meteen antwoord op om de simpele reden dat ik daar niet altijd bij stil sta als ik een verhaal ga schrijven. Voor wie schrijf je? Het eerste antwoord is: voor jezelf. Want jij bent degene die een bepaald verhaal gewoon moet vertellen. Schrijf je verhaal daarom eerst voor jezelf. Later – wanneer je een verhaal gaat uitgeven – is het pas belangrijk om te kijken welke doelgroep er aan je verhaal gekoppeld kan worden.
Echter: wil je meteen aan de slag voor jongeren, kinderen, volwassenen, reizigers, huismannen, thuiswerkers of wie dan ook, zorg dan dat je van begin af aan weet voor WIE je schrijft. Dat scheelt in het aanpassen van je verhaal in een later stadium.

Taalgebruik

Taalgebruik is een belangrijk aspect als je een verhaal voor een specifieke doelgroep schrijft. Bij een kinderboek voor de allerkleinsten zal de taal een stuk simpeler moeten zijn dan wanneer je schrijft voor 12-jarigen. En als je voor jongeren schrijft, gebruik je weer een heel andere taal dan voor volwassenen. Je taalgebruik is echt een sleutel tot de doelgroep. Door andere verhalen voor de doelgroep die jij voor ogen hebt te lezen, kun je het taalgebruik je snel eigen maken. Of ga in gesprek met jongeren om de straattaal te leren. Let hierbij wel op: een verhaal in straattaal van 2021 zal jongeren over vijf jaar wellicht niet aanspreken. En als andere groepen jongeren niet bekend zijn met de door jouw gebruikte straattaal, dan bereik je een heel deel van je doelgroep niet. Wil je een tijdlozer verhaal, dan kun je je tot een aantal woorden beperken.
Taalgebruik van je verhaal is niet alleen belangrijk voor het beschrijven van scènes en het vertellen van een verhaal. Hoe je karakters praten bepaald namelijk veel over hoe ze zich gedragen in de wereld die jij hebt gecreëerd. Lees meer over het eigen geluid van je personages in de Schrijfcoachtip Dialoog.

Perspectief

Vanuit WIE schrijf jij het verhaal? Dat is belangrijk voor de flow van je verhaal en vooral voor de lezer. Een lezer wil zich graag identificeren met de personages en dus moet het duidelijk zijn vanuit welk perspectief er wordt geschreven. Je hebt verschillende keuzes:
Ik-perspectief: het verhaal wordt vanuit een ik-figuur geschreven;
Hij/Zij-perspectief: het verhaal wordt vanuit de derde persoon enkelvoud geschreven, dus vanuit hij of zij.
Kies welk perspectief het beste bij je verhaal past. Een reisverslag kan best uit het ik-perspectief worden verteld, vooral als je het zelf hebt meegemaakt. Maar als je het meer verhalend wilt vertellen dan misstaat een hij/zij perspectief ook zeker niet. Welk perspectief je ook kiest, zorg in ieder geval dat het duidelijk is en past bij je verhaal en doelgroep.

Wie is de verteller?

Niet onbelangrijk is je afvragen wie het verhaal vertelt aan de lezer. Er zijn namelijk verschillende soorten vertelperspectieven.
De alwetende verteller bijvoorbeeld weet al precies wat er gaat gebeuren met de hoofdpersonen. Deze verteller staat boven de personages in het boek – zij weten immers nog niet wat er boven hun hoofd hangt. Een verteller kan ingrijpen in een verhaal en op de zaken vooruit lopen. Ook geeft een alwetende verteller informatie die de personages niet hebben. Een voorbeeld:
Jan zat in de trein en deed zijn ogen dicht om een dutje te doen. Maar hij wist nog niet dat deze treinreis verre van voorspoedig zou gaan verlopen.< br/> Soms dient de alwetende verteller zich als een soort personage aan door echt in te breken en vanuit zichzelf te spreken:
O als Jan wist wat hem te wachten stond, dan weet ik zeker dat hij niet was ingestapt.

Vaker wordt de personale verteller opgevoerd. Hierbij wordt het verhaal vanuit de personages of een hoofdpersoon vertelt. Dit kan in de ik-vorm zijn, maar hoeft natuurlijk niet. De personale verteller neemt je mee op zijn reis door het verhaal en weet – net als jij – nog niet wat er allemaal op zijn pad terecht gaat komen:
Jan zat in de berm naast de ontspoorde trein en liet een wond aan zijn hoofd verzorgen. Hij kon nog niet helemaal bevatten wat er was gebeurd, maar één ding wist hij zeker. Hij had naar zijn onderbuikgevoel moeten luisteren en een treintje eerder moeten nemen…

Genre van je verhaal

Horror? Thriller? Sprookje? Fabel? Roman? Reisverhaal? Detective? Binnen iedere doelgroep zijn er boeken te vinden binnen heel veel verschillende genres. Een genre geeft aan wat voor een type verhaal het is. Lezers van detectives houden misschien niet van horror, terwijl sprookjesliefhebbers dit wellicht wel doen. Door aan te geven in welk hokje je verhaal past, trek je de juiste lezers. Natuurlijk mag een roman ook spannend zijn (liefdes intriges doen het altijd goed) en kan er in een horrorverhaal volop romantiek voorkomen. Je zou dan kunnen zeggen: ‘Romantisch Horrorverhaal’, ‘Sprookjes voor Speurneuzen’ of ‘Spannende reisverhalen’. Als maar wel duidelijk is welk genre de overhand heeft, dan komt het zeker goed.

Helpende hand

Vind je het moeilijk om deze keuzes te maken en kun je daar wel wat hulp bij gebruiken? Neem dan eens vrijblijvend contact op met mij. Als schrijfcoach help ik je graag verder. Stuur gewoon een mailtje naar berry.denijs@gmail.com of lees eerst meer over wat ik als schrijfcoach voor je kan betekenen: Schrijfcoach.

Succes met schrijven! Volgende maand behandel ik de verschillende tijden waarin je kan schrijven, maar ook de tijd waarin je verhaal zich afspeelt!

2 opmerkingen:

  1. Bedankt voor deze Schrijfcoachtip, het heeft mij zelfs geinspireerd, als een 'Startsein' voor een nieuwe blog post op m'n Schrijf Blog.

    Een post getiteld:

    Interesting Writing Tips I Discovered On Twitter




    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Wat leuk dat je mij genoemd hebt! Hartelijk dank daarvoor.

      Verwijderen

Bedankt voor je reactie! Reacties worden altijd eerst beoordeeld voordat ze worden geplaatst. Het kan dus even duren voordat je je reactie hier terugziet. Omdat ik graag een persoonlijk antwoord geef worden anonieme berichten op artikelen niet geplaatst.