dinsdag 29 april 2025

Schrijfcoachtip Verdriet in een verhaal

Iedereen is wel eens verdrietig. Dat is heel normaal. Het kan om iets kleins gaan, het verlies van een geliefd object bijvoorbeeld, of om juist iets heel groots, zoals een sterfgeval. In verhalen komen verdriet, vaak samen met eenzaamheid, vaak voor als thema’s, zowel in kinderverhalen als die voor volwassenen. Het is immers een universele emotie. Het is ook een moeilijke emotie om te beschrijven of te gebruiken in een verhaal, maar zeker niet onmogelijk. Hopelijk helpen deze tips je een beetje om deze emotie in een verhaal te verwerken. (foto’s: Berry de Nijs/Writing Berries)

Voel het zelf

Het is lastig om een emotie te beschrijven als jij die op dat moment niet voelt. Dat is helemaal niet erg, want een schrijver weet, net als een acteur, wel hoe je bepaalde emotionele bronnen zou moeten aanboren. Het helpt wel voor je eerste draft van een hoofdstuk of scène dat je voelt wat je hoofdpersoon voelt. De reden hiervoor is simpel: het helpt je beter om die emotie op papier te zetten. En dat helpt straks weer je lezer om zich nog meer betrokken te voelen bij je verhaal en de personages. Het zelf voelen kun je opwekken door bijvoorbeeld een playlist te maken met liedjes waar je in dit geval verdrietig van wordt. Of denk terug aan een gebeurtenis waar je verdrietig van wordt. Probeer daarbij te beschrijven wat je voelt. Je kan dit soort oefeningen ook doen om zo een referentiekader te hebben van hoe jij een emotie, zoals verdriet, beschrijft, zodat je niet iedere keer verdrietig hoeft te worden om erover te kunnen schrijven.

Maak gebruik van het weer

Jawel, het weer kan een emotie enorm versterken. Dit kan je op twee manieren doen. De eerste is door het weer af te stemmen op de emoties van je hoofdpersoon. In het geval van een heel verdrietig gevoel, kun je gebruik maken van een grijze, neerslachtige, gure, ik-duik-weg-in-mijn-sjaal-of-kraag dag. Regen kan een huilbui zeker versterken, evenals een flinke storm met onweer. Wil je eens wat anders proberen? Gebruik dan eens een weertype wat totaal tegenovergesteld is. Misschien is het wel een stralende dag, met zonneschijn en een strakblauwe lucht, waardoor je personage extra voelt dat hij of zij verdriet heeft, neerslachtig is of niet lekker in het velletje zit. Een dergelijk contrast kan je helpen met een innerlijke dialoog, waarbij je personage af kan geven op de mensen om zich heen. ‘Kijk ze eens vrolijk doen!’

Gradaties van verdriet

Er zijn verschillende soorten verdriet waar je personage mee te maken kan krijgen. Het verlies van een geliefde, een relatie die stukloopt, door alles wat tegenzit (want in een verhaal kan er heel veel tegen zitten), uit angst, doordat diegene gepest wordt en nog veel meer redenen. Verdriet uit zich bij iedereen anders. De een sluit zich totaal af, terwijl de ander op de knieën zakt en even voluit met uithalen en dikke tranen zich laat gaan. Daarbij kan verdriet voor de een veel harder aankomen, dan bij de ander. Het is dus best leuk om daarmee te spelen, vooral als je meerdere personages hebt. Iedereen is anders, dus je personages ook. Maak in je verhaal gebruik van deze gradaties en verschillen. Als er dan echt een heftige emotionele scène aankomt, dan kun je ook echt uitpakken.

Clichés wel of niet vermijden?

Clichés wil je liever vermijden, maar als je ze goed kan verwerken in je verhaal, dan mag je ze wat mij betreft best gebruiken. Bij het beschrijven van verdriet zal je niet ontkomen aan woorden als uithalen, snikken en misschien wel brullen. Probeer ze smaakvol te verwerken en af te wisselen met synoniemen, zoals gewoonweg huilen, janken, krijsen, wenen of schreien. Al worden die laatste twee steeds minder gebruikt.

Niet benoemen, wel beschrijven

Hoe huilen werkt, dat weten de meeste lezers wel. Iedereen heeft vast wel een keer in meerdere of mindere mate gehuild. Het benauwde gevoel, de tranen die zich eerst ophopen en dan rijkelijk stromen, de ademhaling die stokt… Misschien zet je personage dan maar snel een zonnebril op of trekt de capuchon van zijn of haar hoodie verder over het hoofd. Als je wil dat je lezer het invoelt, dan is het goed om dat gevoel te pakken, zonder alleen maar te benoemen dat je personage moet huilen. Dat huilen, dat geloven we wel. Maar hoe voelt diegene zich. Wat doet diegene? Misschien rent hij wel met grote stappen de trap op (al struikelend door minder zicht) om zich letterlijk onder de dekens te verstoppen. Misschien slaat ze haar armen om zich heen in een poging zich nog meer af te sluiten van wat er gebeurt. Misschien vertraagt juist de tred en kijkt diegene naar de grond… Wat doe jij als je verdrietig bent? Vraag het eens een ander. Kijk films en series om het uit te vinden. Dat helpt om een verdrietig moment mooier en beter te beschrijven.

Verklein de beleefwereld

Als je verdrietig bent, huppel je niet al iedereen groetend door de straat. Bij verdriet verklein je vaak je wereld. Wil je even niet bestaan, even alles voelen, ogen dicht, deken over je heen, iets vasthouden, zoals een beer of een kussentje… Je klein maken. Neem dit mee als je verdriet wil gebruiken in een verhaal. Laat de lezer merken waarom je personage verdrietig is, zonder het per se allemaal zo te benoemen. Pijn, eenzaamheid, alleen zijn… laat het zien en laat het voelen en maak het echt en geloofwaardig. Dan komt je karakter tot leven en je verhaal ook.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Bedankt voor je reactie! Reacties worden altijd eerst beoordeeld voordat ze worden geplaatst. Het kan dus even duren voordat je je reactie hier terugziet. Omdat ik graag een persoonlijk antwoord geef worden anonieme berichten op artikelen niet geplaatst.